spring naar de tekst
Koe in een lente wei

Passe-Partout door het schooljaar heen

De opzet van Passe-Partout geeft je, als leerkracht op een basisschool, de mogelijkheid om een eigen ‘lijst’, ofwel Passe-Partout, om jouw ‘schoolpraktijk’ heen te bouwen. Zoals de naam al aangeeft, biedt Passe-Partout ruimte aan jouw eigen inbreng, is het toepasbaar in diverse situaties en haalt naar voren wat er werkelijk toe doet. Op die manier verbindt Passe-Partout de bestaande situatie van uw school met het behandelde thema, met jou en met de kinderen.

Toelichting

De huidige tijd kenmerkt zich door een veelheid aan levensbeschouwingen. Daardoor ontstaan er verschillende gedragsregels en rituelen in onze samenleving. In een samenleving als de onze is het niet langer vol te houden om vanuit één wereldbeeld te communiceren. Zo krijgt men immers geen goed beeld van de ander, wat weer kan leiden tot vele vormen van miscommunicatie, misverstanden en vooroordelen. Van belang is je goed te realiseren dat ieder van ons er andere visies, interpretaties, gewoontes, normen en waarden op na houdt.

Iedere mens heeft dus zijn / haar eigen perceptie. Juist daarom is het essentieel kennis te nemen van elkanders perceptie. Pas dan kunnen we onze verschillende ervaringen, visies en interpretaties samen benoemen en begrijpen en ze een gemeenschappelijke samenhang bieden. Deze vorm van communicatie is niet altijd een gemakkelijk en vraagt bovendien tijd, inzet, inzicht en moed. Bij gebrek aan die tijd, inzet, inzicht en moed zien we te vaak spanningen naar boven komen. Met name biedt Artikel 1 van de Grondwet ons genoeg wat de basis is van deze communicatie. Begin het gesprek over gelijkwaardigheid tussen ons allemaal ondanks onze verschillen. Deze gelijkwaardigheid vormt de brug tussen mij en de ander.

Door deze communicatievorm wordt ieder zich bovendien van zijn eigen beeld, van andermans ervaringen en van gemeenschappelijke inzichten bewust. Passe-Partout wil verder empathie, autonomie, betrokkenheid, communicatie en inzicht in elkanders levensbeschouwingen bevorderen. Het wil de saamhorigheid binnen uw school verhogen, het gangbare ritme verlevendigen en de bijzondere, niet-gangbare zaken plaats en aandacht geven. Als het project slaagt, kan het “naar meer gaan smaken”

Jij geeft de kinderen aan de hand van deze werkwijze een mogelijkheid om te leren hun eigen inzichten en ervaringen te verwoorden en zo ook hun richting te bepalen. Samen met u zullen de kinderen gaandeweg de opgedane kennis in een groter verband weten te plaatsen, leren begrijpen hoe en aanvaarden dat iemand anders ook anders met bepaalde zaken omgaat en zo een eigen levensbeschouwelijke identiteit ontwikkelt.

Korte lessen voor de zes periodes van het schooljaar
Korte lessen rondom thema’s boom, ster en kind
Korte lessen rondom thema’s bloem, zon en aarde

Passe-Partout brengt kunst op uw school

Waarom: Unesco heeft in 1969 een boek uitgegeven, getiteld The Arts and Man. Reden voor deze uitgave is het Handvest van de Verenigde Naties, waarin het volgende staat: ”Iedereen heeft het recht deel te nemen aan het culturele leven van de gemeenschap en van kunst te genieten […]”. Het is een van de mensenrechten, opgenomen in de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens. Het boek geeft hierbij een overzicht van de legio mogelijkheden die met kunst bereikt kunnen worden. Een aantal van die mogelijkheden staat hieronder.

Kunst als ontdekking

Kunst kan mensen bewuster maken, zij kan bijdragen aan verbreding van ervaringen en inzichten. Door naar kunst te kijken, kan men proberen nieuwe woorden en gevoelens te vinden om daarmee zichzelf en het werk beter te begrijpen. Het gaat daarbij om de eigen interpretatie, die mogelijk verschilt van die van de ander.

Kunst als bindmiddel

Kunst heeft in het onderwijs een belangrijke rol (te vervullen). Kunst kan emoties oproepen. Kunst kan het vermogen om aan te voelen hoe een ander de wereld ervaart en ziet, stimuleren. Zij kan onderlinge relaties bevorderen.

Kunst als uitingsmogelijkheid

Met het bespreken, het interpreteren en het maken van kunst kan uitdrukking worden gegeven aan het bijzondere eigen ‘ik’. Het kijken naar of het maken van bijvoorbeeld een schildering, kan leiden tot een grensoverschrijdende ervaring of een dieper inzicht. Kunst geeft de mens de mogelijkheid tot een creatieve vorm van zelfexpressie.

Kunst als document

Mensen hebben de behoefte groepservaringen en persoonlijke ervaringen vast te leggen. Een nauwkeuriger beschrijving van een bepaalde tijd en plaats dan in de door de mens geschapen voorwerpen, is er niet. Kijken we naar de geschiedenis of naar andere culturen, dan zien we in de kunst steeds terugkerende thema’s: leven en dood, geloof en angst, vreugde en menselijk lijden. Iemand die er naar kijkt of luistert (muziek), kan de tot uitdrukking gebrachte gevoelens aan de hand van eigen ervaringen herzien en herbeleven. Dat wil niet automatisch zeggen dat de eigen gevoelens overeenstemmen met de door de kunstenaar tot uitdrukking gebrachte gevoelens! De afbeeldingen moeten niet gezien worden als ‘de geschiedenis om de geschiedenis’, maar als intermediairs die verbanden met het heden leggen. Door de afbeeldingen uit het verleden te bekijken, kunnen we ons ‘heden’ beter begrijpen, ondanks dat hedendaagse ervaringen en interpretaties vaak weer anders zijn. Het gaat er hier niet om de juiste interpretatie te onthullen, maar om in te zien dat vaak verschillende gezichtspunten aanvaardbaar zijn.

Kunst als communicatie

Mensen hebben de mogelijkheid om op velerlei manieren met elkaar te communiceren en in contact te treden. Het maakt daarbij tegenwoordig niet meer uit of de afstand in ruimte en tijd groot is. Wanneer men communiceert, maakt men gebruik van symbolen. Symbolen zijn er altijd al geweest, ze zijn reeds te zien in de oudste tekeningen en schilderingen. Uit symbolen kan soms een heel communicatiesysteem voortkomen. Zo is het alfabet ook uit een symboolsysteem ontstaan. Schilders en componisten werken met symbolen die ideeën en gevoelens direct kunnen overbrengen. Muziektekens zijn daarbij in zekere zin tijdloos. In het onderwijs heeft kunst de functie van communicatiemiddel: opvoedings- en levenslessen kunnen worden overgebracht. Verder kunnen symbolen bijdragen aan een geslaagde levensbeschouwelijke communicatie. Tegelijk moet je je realiseren dat symbolen cultuur-, tijd- en persoonsgebonden zijn. Symbolen zijn geen pictogrammen die – als je bekend bent met de pictogrammen – eenvoudig en eenduidig uit te leggen zijn. Symbolen kunnen de communicatie soms dus juist bemoeilijken (miscommunicatie)!

Kunst als orde

De mens leeft in een complexe wereld, waar hij deel van uitmaakt. Men kan die complexiteit ervaren als een chaos. Kunst kan hierin een samenhang aanbrengen, als het ware een netwerk van de vele relaties blootleggen. Door kunst te bezichtigen en te maken (voorbeeld een mandala), kunnen kind en volwassene het leven in een onoverzichtelijke wereld op een creatieve manier van samenhang voorzien, waardoor die onoverzichtelijke chaos wordt omgezet in een dynamische orde waar zij mee om kunnen gaan.

Kunst als integratie

Het creëren van een samenhang in een chaos moet niet leiden tot een absolute orde. Een absolute orde ‘slaat’ het leven in de samenleving en de mens ‘dood’ en brengt verdeling onder de mensen (iemand past / voldoet aan de orde of niet; er is geen middenweg, speelruimte). De mens moet juist ruimte geven aan zijn fantasie, zijn verbeelding, zijn gedachten en moet in contact blijven staan met de wereld, met de ander en met zijn beleving.

Hoe kunnen we kijken naar deze afbeeldingen?

Wanneer we naar de afbeeldingen kijken, bijvoorbeeld naar de menselijke figuren erop, dan zien we uiteenlopende vormen. Zo zien we moderne kunst, waarbij de menselijke gestalte vaak uiteen getrokken en versplinterd wordt in een geometrische vorm. Ook zien we zeer naturalistische, haast fotografische afbeeldingen van mensen.

Waarom zijn er eigenlijk verschillende, zeer uiteenlopende stijlen (daarbij persoonlijke smaak buiten beschouwing latend)? De Duitse invloedrijke kunsthistoricus Wilhelm Worringer schreef in 1911 dat men in tijden van onrust, oorlog en ellende een voorkeur heeft voor kunst met geometrische vormen. Het lijkt wel alsof men in die geometrische vormen de verstoorde orde terug wil vinden (Abstraction und Einfühlung, 1911.

In perioden van vrede, voorspoed en cultureel en levensbeschouwelijk vertrouwen. Kortom: tijden waarin men zich goed voelt, ontstaan daarentegen naturalistische vormen. Het is dan ook belangrijk om met dit in het achterhoofd naar de kunstwerken te kijken, ook naar kunstwerken uit andere culturen dan de onze.

Passe-partout bevat 60 genummerde afbeeldingen

Passe-Partout bevat het volgende:

Getracht is een zo divers mogelijk geheel te creëren.

De 41 afbeeldingen die bedoeld zijn voor het hele schooljaar, zijn verdeeld over zes perioden.

Bij elke afbeelding is een bijbehorende tekst. De tekst heeft een globale opbouw:

Hier wordt aangegeven in welke tijd van het jaar (bijvoorbeeld het seizoen) of ter gelegenheid van welke dag de kaart gebruikt kan worden.

Meer informatie over de betreffende dagen kunt u vanaf pagina 176 vinden in het kalenderoverzicht van De Vleugels van de Tijd.

Hier worden de titel van de schildering, de naam van de schilder en nadere informatie over de afbeelding gegeven, toelichting, achtergrondtekst, soms met een verhaal met de vragen die met de kinderen behandeld kunnen worden.

En hier wordt ook verwezen naar De Vleugels van de Tijd en Geestelijke stromingen geven. In De Vleugels van de Tijd komen de werkvormen (vanaf pagina 150) aan bod. Vanaf pagina 11 zijn veertig thema’s met velerlei suggesties uitgewerkt. En in de beide uitgaven verwijzingen naar overig bruikbaar materiaal, informatie en andere tips.

Werkwijze

Het is de bedoeling dat Passe-Partout één of meerdere keren per week wordt gebruikt. Bijvoorbeeld als een dag- of middagopening. Passe-Partout wil een moment creëren, waarin u met de kinderen bij elkaar “op verhaal kunt komen”.

Passe-Partout is geschikt voor alle groepen. Wanneer jij Passe-Partout in verschillende groepen gaat gebruiken, kan het voorkomen dat een onderwerp daardoor meermalen aan bod komt. Dat hindert in het geheel niet – in tegendeel wellicht –, omdat de kinderen inmiddels ouder zijn geworden, meer ervaring opgedaan hebben en meer inzicht in de onderwerpen gekregen hebben. De onderwerpen groeien als het ware met de kinderen mee. En per slot van rekening slaan we ook in ons persoonlijke leven kerst niet een jaartje over, omdat we het jaar daarvoor het al hebben gevierd.

Bij het tonen van de afbeelding laat je vervolgens de kinderen als eerste reageren. We verwijzen hierbij naar de gesprekssuggesties, maar ga vooral uit van “de vijf W’s”: Waarom, Wanneer, Waar, Wie en Wat.

Het op die manier voeren van een (vraag-)gesprek kan veel tijd van jouw les vergen en misschien is het daarom verstandig om de afbeelding uit te printen en als een kaart op een centrale plaats te laten staan en er een volgende les verder of dieper op in te gaan. De suggesties voor het overige materiaal kunnen u daarbij ondersteuning bieden.

En jij wilt, inmiddels enthousiast geworden, jouw vertelkunst bekwamen? Graag verwijzen wij je naar de achtergrondinformatie en de suggesties in ‘Verhalen die ertoe doen’ hoofdstuk 7, vanaf pagina 214.

Overig Materiaal

Jij kan Passe-Partout uitbreiden met zaken die voor jou en / of voor de kinderen van belang zijn in de vorm van een eigen, aanvullende ‘vertelkist’. Jij kan daartoe bij verschillende (kringloop)winkels voor weinig geld hele mooie kistjes kopen of er zelf een maken.

Voorbeelden van zulke aanvullingen ten behoeve van een kringgesprek zijn:

  • een kandelaar
  • een bel
  • een dobbelsteen
  • een gebedssnoer
  • een gedichten- of gebedenbundel
  • een steen
  • een schelp
  • een beeldje van een mens of dier
  • een klokje
  • een pop
  • wierrook
  • een spiegeltje
  • een doosje waar een filmrolletje in gezeten heeft: daar kunt u zaadjes, zand, sieraden, enzovoorts in doen
  • de tien schoolregels met bijbehorende pictogrammen uit Een school om in te wonen kunt u aan de 52 kaarten toevoegen

Colofon

Passe-Partout is een doosje in 2005 uitgegeven door uitgeverij DAMON Budel.

Tekst was van Jos van Remundt, eindredactie van de tekst bij de 41 afbeeldingen door het jaar heen door Heleen Kommers en de tekstcorrectie door Joop Breukel

Voor de digitale versie zijn er enkele kleine en noodzakelijke wijzingen in afbeeldingen en teksten aangebracht.

We zouden het heel sportief vinden als u zorgvuldig met Passe Partout omgaat. Want dat alles blijft eigendom van Stichting Echelon. Het is tot stand gekomen door medewerking van velen die zich betrokken voelen bij de uitgangspunten en de werkwijze van de Stichting. Deze uitgave is mogelijk dankzij de donaties van de gebruikers! Vindt U het belangrijk dat er meerdere uitgaven en bouwstenen komen, dan is een donatie van u van harte welkom. U kunt bijvoorbeeld 10 Euro storten op gironummer 5785 969 ten name van Stichting Echelon te Amsterdam onder vermelding van donaties website!

© Stichting Echelon

Aanbevolen literatuur

Klein maar dapper. Filosoferen met kinderen
De vliegende papa’s. Filosoferen met jongere kinderen

Auteur: Berrie Heesen (DAMON, Budel resp. 1996 en 2000)

Twee bundels verhalen die kinderen (maar ook volwassenen) prikkelen tot nadenken over fundamentele vragen. Door de toevoeging van verwerkingsvragen en toelichtingen zijn beide boeken tevens te gebruiken als een methode die een verband legt tussen de natuurlijke kinderlijke interesse in levensvragen en het belang van het beter denken en communiceren. Met illustraties van Mike Zeelen.

Kinderen filosoferen

Berrie Heesen (DAMON, Budel 1998).

Pjoki Teer schrijft problemen op ballonnen en prikt deze door, dan zijn de problemen opgelost. Is dat een oplossing? Wanneer niet en wanneer wel?

Boy sorteert mensen. Kan dat? Mag dat? Wie was de oudste vragensteller? Wat zijn jouw eigen ontdekkingen? Hoe zie jij de dood?

Een leerlingenboek vol vragen met een kloeke handleiding.

Deze uitgave kan beschouwd worden als een vervolg op Klein maar dapper: verhalen en opdrachten om met kinderen vanaf 10 jaar te filosoferen. De verhalen vertonen een doorlopende lijn. Het boekje is geheel geïllustreerd door Mike Zeelen.

Spring naar boven